Uitleg werkwijze ABM

Deze pagina wordt niet meer geactualiseerd. Kenniscentrum InfoMil is onderdeel geworden van het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO). Kijk op de IPLO-website voor actuele informatie over Uitleg werkwijze Algemene beoordelingsmethodiek (ABM).

Het uitvoeren van de Algemene beoordelingsmethodiek (ABM) is een belangrijke stap in het Nederlandse waterbeleid voor het bepalen van de waterbezwaarlijkheid van stoffen en mengsels. Het betreft stoffen die bedrijven gebruiken en uiteindelijk via afvalwater lozen. De Algemene beoordelingsmethodiek (ABM) is een aangewezen BBT document. Bij vergunningaanvragen van (in)directe lozingen op het oppervlaktewater van zowel de rijkswateren als de regionale wateren moet hieraan worden getoetst, als onderdeel van de aanvraag. Voor de ABM is als hulpmiddel een Excel-programma beschikbaar om de waterbezwaarlijkheid van stoffen en mengsels vast te stellen en de daarbij behorende saneringsverplichting te bepalen.

De ABM-tool deelt stoffen in waterbezwaarlijkheidsklassen in. De hoogte van de waterbezwaarlijkheid bepaalt vervolgens de saneringsinspanning die een gebruiker moet doen.

Voor wie de applicatie bedoeld is

De ABM (actuele versie bij IPLO) wordt samen met de Immissietoets door de initiatiefnemer gebruikt om de lozing vooraf te beoordelen. Dit gebeurt tijdens en/of vóór de fase van het vooroverleg. Dus voordat de lozing mag starten. Op bladzijde 5 in het BBT-document ABM staat dat de ABM gebruikt moet worden bij directe en indirecte lozingen. Het bevoegd gezag beoordeelt daarna het resultaat van de door de initiatiefnemer ingevulde ABM.

De berekende samenstelling en hoeveelheid afvalwater zijn de basis voor:

  • (de beoordeling van) vergunningaanvragen voor vergunningplichtige lozingen
  • (de beoordeling van) een verzoek om verruimend maatwerk bij lozingen die onder algemene regels vallen
  • de ambtshalve beoordeling of bij algemeen geregelde lozingen verscherpend maatwerk nodig is. Of dat handhaving op basis van de zorgplicht nodig is.

Hulpmiddel

Naast de als BBT-document vastgestelde ABM (actuele versie bij IPLO), is er een Excel-tool. Deze kan gebruikt worden om waterbezwaarlijkheid van een stof te beoordelen en daarmee de saneringsinspanning voor deze stof.

Om de tool in te vullen, is er wel algemene stofinformatie nodig over stoffen en Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS). Die vind u bij het RIVM op de pagina Stoffenlijsten. Verder is er een Handreiking voor het opzoeken van gegevens voor de uitvoering van de ABM.

Wat levert de ABM op

Uit de ABM volgt  wat de waterbezwaarlijkheid is van de te lozen stoffen. Onder waterbezwaarlijkheid wordt verstaan: 'de mate waarin er een kans is op nadelige effecten voor het aquatisch milieu'.

Bij een zekere vorm van waterbezwaarlijkheid hoort een zekere saneringsinspanning. Dit is de mate waarin technieken moeten worden toegepast om emissie van deze stof zoveel mogelijk te beperken.

Na toepassing van de bronaanpak en minimalisatie van de emissie met de beste beschikbare technieken (BBT) kan een restlozing overblijven.  Deze restlozing wordt gebruikt als input voor de  immissietoets.

Waterbezwaarlijkheid

Een hogere of grotere waterbezwaarlijkheid betekent een grotere kans op nadelige effecten. Nadelige effecten die kunnen optreden zijn gebaseerd op intrinsieke stofeigenschappen als:

  • toxische effecten (acuut of chronisch)
  • mutagene of carcinogene effecten
  • reprotoxische effecten of bio-accumulatie, of
  • het langdurig voorkomen van slecht afbreekbare stoffen in het aquatische milieu

Categorieën waterbezwaarlijkheid

De ABM kent 4 categorieën van aflopende waterbezwaarlijkheid:

  1. Z: ZZS: verzameling van de gevaarlijkste stoffen voor mens en milieu, bijvoorbeeld PAK's, dioxinen, kwik en kwikverbindingen
  2. A: niet snel afbreekbare, waterbezwaarlijke stoffen
  3. B : afbreekbare, waterbezwaarlijke stoffen
  4. C: stoffen die van nature voorkomen in het lokale oppervlaktewater
    Op het uiteindelijk te lozen restwater past het bevoegd gezag de immissietoets toe. Uit deze toetsstap kan volgen dat het nodig is technieken toe te passen die nog meer bescherming bieden. Als het nodig is, beoordeelt het bevoegd gezag opnieuw de inspanningen bij de stappen bronaanpak en minimalisatie.

Ook voor mengsels

De ABM beschrijft ook hoe men een saneringsinspanning bepaalt voor de waterbezwaarlijkheid van 'mengsels'. Mengsels noemde men vroeger ook wel 'preparaten'. Mengsels zijn samenstellingen van verschillende stoffen.

Saneringsinspanning

Bij elke categorie waterbezwaarlijkheid hoort een zekere saneringsinspanning. Dit is de mate waarin technieken moeten worden toegepast om emissie van deze stof zoveel mogelijk te beperken.

De hoogte van de waterbezwaarlijkheid bepaalt vervolgens de saneringsinspanning die een gebruiker moet doen. De saneringsinspanning richt zich op het zoveel mogelijk voorkomen dat een waterbezwaarlijke stof in het oppervlaktewater terechtkomt. Daarbij komen steeds de volgende stappen terug:

Van Beleidsdoel naar Aanpak ZZS weren uit de leefomgeving

ZZS-beleid bij lozingen

Continu verbeteren is in de ABM concreet gemaakt voor ZZS-lozingen. De ABM geeft aan dat het bevoegd gezag dit als vergunningvoorschrift moet opnemen. Voor inrichtingen die onder algemene regels vallen, geldt niet deze plicht tot continu verbeteren bij lozingen van ZZS.

Meer informatie