Geluid in 't kort-Agrarische inrichtingen
De uitleg op deze pagina geldt voor een inrichting waar in hoofdzaak agrarische activiteiten plaatsvinden.
Agrarische activiteiten zijn activiteiten die nodig zijn voor het telen of kweken van gewassen of fokken, mesten, houden of verhandelen van landbouwhuisdieren. Veehouderijen, glastuinbouwbedrijven en bedrijven met bedekte of open teelt zijn voorbeelden van bedrijven die agrarische activiteiten uitvoeren. Ook agrarische gemechaniseerde loonbedrijven (agrarisch loonwerk) vallen hier uitdrukkelijk onder. Met het reparatiebesluit is de definitie van artikel 1.1 Activiteitenbesluit hierop verduidelijkt.
De belangrijkste regels voor geluid van agrarische inrichtingen in het Activiteitenbesluit hebben betrekking op:
Op de pagina Geluid in het Activiteitenbesluit vindt u uitgebreide informatie over de geluidsregels in het Activiteitenbesluit.
Melding en akoestisch rapport
Vier weken voor oprichting of verandering van een inrichting moet de inrichtinghouder een melding doen bij het bevoegd gezag. Bij verandering is een melding alleen nodig als een afwijking ontstaat van eerder verstrekte gegevens. Meer informatie over de melding staat onder "Melding en Activiteitenbesluit internetmodule".
In de volgende gevallen is een akoestisch onderzoek bij een melding voor het oprichten of veranderen van een inrichting verplicht of kan het bevoegd gezag er om vragen:
- Inrichting met aangewezen activiteiten (artikel 1.11)
- Inrichting op een gezoneerd industrieterrein
- Inrichting met een zeer reële kans op geluidhinder
Voor agrarische inrichtingen is bepaald dat bij het bepalen van het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau alleen rekening wordt gehouden met vast opgestelde installaties en toestellen. Voor agrarische inrichtingen kan het bevoegd gezag een akoestisch rapport vragen als het aannemelijk is dat de geluidniveaus vanwege werkzaamheden en activiteiten een significante bijdrage leveren aan de totale geluidbelasting van de inrichting (Artikel 1.11, lid 11). Over de mate van significante bijdrage stelt de de Nota van Toelichting onder meer het volgende: als het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau van de mobiele bronnen gelijk is aan of hoger is dan dat van de vast opgestelde bronnen.
Beschermingsniveau
Het beschermingsniveau tegen geluidhinder is geregeld in Afdeling 2.8 Geluidhinder. Het Activiteitenbesluit geeft doelvoorschriften voor geluid. De voorschriften zijn doorgaans van toepassing op het bedrijf als geheel en niet op afzonderlijke activiteiten. Het besluit en de ministeriële regeling schrijven geen specifieke geluidsmaatregelen voor.
Het Activiteitenbesluit biedt aan een beperkt aantal objecten bescherming. Het gaat om gevoelige gebouwen (waaronder woningen) en gevoelige terreinen. Het Activiteitenbesluit sluit hierbij aan bij het begrippenkader uit de Wet geluidhinder.
In algemene zin biedt het Activiteitenbesluit bescherming tegen het geluid veroorzaakt door de:
- in de inrichting aanwezige installaties en toestellen
- in de inrichting verrichte werkzaamheden en activiteiten en
- laad- en losactiviteiten ten behoeve van en in de onmiddellijke nabijheid van de inrichting.
Het Activiteitenbesluit bevat voor veel verschillende situaties uitzonderingen. Enkele voorbeelden van activiteiten die voor de beoordeling van het geluid niet worden beschouwd zijn:
- Het maximale geluidsniveau van laad- en losactiviteiten tussen 6.00 en 19.00 uur.
- Het maximaal geluidsniveau (LAmax) als gevolg van laad- en losactiviteiten in de avond- en nachtperiode ten behoeve van de aan- en afvoer van producten bij agrarische inrichtingen, voor zover dat ten hoogste een keer in de genoemde periode plaatsvindt.
- Het maximaal geluidsniveau (LAmax) als gevolg van het verrichten van activiteiten tussen 19.00 uur en 6.00 uur ten behoeve van het wassen van kasdekken.
- Het maximaal geluidsniveau (LAmax) als gevolg van het aandrijfgeluid van motorvoertuigen bij laad- en losactiviteiten tussen 23.00 en 7.00 als de drijver van de inrichting aantoont dat het geldende maximaal geluidsniveau niet te bereiken is door het treffen van maatregelen en het niveau van het aandrijfgeluid op een afstand van 7,5 meter van het motorvoertuig niet hoger is van 65 dB(A).
- Het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT) als gevolg van het stomen van grond met een installatie van derden.
Voor inrichtingen met agrarische activiteiten, met uitzondering van glastuinbouwbedrijven die binnen een glastuinbouwgebied liggen, gelden de waarden uit de volgende tabel. Het gaat om de toegestane langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT) en maximale geluidsniveau (LAmax).
Let op: De grenswaarden van het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT) gelden uitsluitend voor geluid van vast opgestelde installaties en toestellen. Het geluid van werkzaamheden en activiteiten wordt hierbij niet meegenomen.
Norm (dB(A)) |
Periode (uur) |
||
---|---|---|---|
06-19 |
19-22 |
22-06 |
|
LAr,LT op de gevel van gevoelige gebouwen |
45 |
40 |
35 |
LAr,LT in geluidsgevoelige ruimten en verblijfsruimten van in- en aanpandige gevoelige gebouwen |
35 |
30 |
25 |
LAmax op de gevel van gevoelige gebouwen |
70 |
65 |
60 |
LAmax in geluidsgevoelige ruimten en verblijfsruimten van in- en aanpandige gevoelige gebouwen |
55 |
50 |
45 |
Voor een glastuinbouwbedrijf binnen een glastuinbouwgebied, geldt het toetsingskader uit de volgende tabel. Voor glastuinbouwbedrijven binnen een glastuinbouwgebied gelden de grenswaarden voor het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau ook voor werkzaamheden en activiteiten.
Norm (dB(A)) |
Periode (uur) |
||
---|---|---|---|
06-19 |
19-22 |
23-06 |
|
LAr,LT op de gevel van gevoelige gebouwen |
50 |
45 |
40 |
LAr,LT in geluidsgevoelige ruimten en verblijfsruimten van in- en aanpandige gevoelige gebouwen |
35 |
30 |
25 |
LAmax op de gevel van gevoelige gebouwen |
70 |
65 |
60 |
LAmax in geluidsgevoelige ruimten en verblijfsruimten van in- en aanpandige gevoelige gebouwen |
55 |
50 |
45 |
Een inrichting is een glastuinbouwbedrijf als de hoofdactiviteit het in een kas telen van gewassen is. Een inrichting voor het in hoofdzaak telen van eetbare paddenstoelen of witlof is volgens de definitie van het Activiteitenbesluit geen glastuinbouwbedrijf. De definitie van een glastuinbouwgebied is: "cluster aaneengesloten percelen met overwegend glastuinbouwbestemmingen."
De waarden in voorgaande tabel gelden niet in alle gevallen. Andere grenswaarden kunnen deels of onder voorwaarden gelden in de volgende situaties:
- In specifieke gebieden:
- Voor specifieke inrichtingen:
- Vergunningplichtige inrichtingen
- Als er maatwerkvoorschriften zijn opgesteld
- Als een gemeentelijke verordening van toepassing is
- Als inrichtingen onder het overgangsrecht vallen
Mogelijkheden voor maatwerk
In het Activiteitenbesluit is een aantal mogelijkheden voor individueel maatwerk opgenomen. Het gaat bijvoorbeeld om:
- Het vaststellen van een hogere of lagere waarde dan de standaard grenswaarde.
- Het aanwijzen van een ander beoordelingspunt dan een geluidsgevoelig object als punt waarop de geluidsnorm geldt.
- Het vaststellen van maatwerkvoorschriften om indirecte geluidhinder te voorkomen op grond van de zorgplichtbepaling.
- Maatwerk bieden via de gemeentelijke verordening voor bijvoorbeeld festiviteiten of gebieden met agrarische inrichtingen.
Naast de algemene mogelijkheden voor maatwerk, gelden voor inrichtingen met agrarische activiteiten de volgende specifieke mogelijkheden tot maatwerk:
- maatwerkvoorschriften voor stomen van grond
- maatwerkvoorschrift technische voorzieningen en gedragsregels voor werkzaamheden en activiteiten
Met een gemeentelijke verordening kan een gemeente voor agrarische inrichtingen in bepaalde gebieden een andere grenswaarde voor het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT) voorschrijven. Dan gelden de standaardwaarden voor agrarische inrichtingen niet. Voor meer informatie zie agrarische inrichtingen en gemeentelijk verordening.
Maatwerk kan ook gelden op basis van het overgangsrecht.
Overgangsrecht geluid
In het algemeen geldt dat wanneer geluidsartikelen uit een (vervallen) vergunning strenger of soepeler zijn dan het Activiteitenbesluit, de voorschriften uit de milieuvergunning nog drie jaar na het tijdstip van het van toepassing worden van het Activiteitenbesluit op die inrichting gelden.
Voor het aspect geluid staat het speciale overgangsrecht in Afdeling 2.8.
Voor glastuinbouwbedrijven waarop artikel 2 van het voormalige Besluit glastuinbouw van toepassing was en die niet zijn gelegen in een glastuinbouwgebied zijn de geluidswaarden op 1 januari 2013 veranderd. Voor bedrijven die niet zonder meer aan de nieuwe waarden kunnen voldoen is een overgangsperiode van drie jaar opgenomen (art. 2.17a, lid 4). In die periode kan onderzocht worden met welke maatregelen wel voldaan kan worden en of maatwerkvoorschriften nodig zijn.
Meer informatie
Op de webpagina Geluid in het Activiteitenbesluit vindt u uitgebreide informatie over de geluidsregels in het Activiteitenbesluit.