Algemene Plaatselijke Verordening
Een gemeentelijke verordening is een op gemeentelijk niveau vastgesteld algemeen verbindend voorschrift. De Algemene Plaatselijke Verordening (APV) is de meest bekende gemeentelijke verordening. In de Algemene plaatselijke verordening (APV) worden onder andere voorschriften gegeven op het gebied van de openbare orde en veiligheid in de breedste zin van het woord. Hierbij valt te denken aan: verkeerszaken, horeca-aangelegenheden en bescherming van het milieu. Elke gemeente heeft een eigen APV waarin zij de dingen op haar manier regelt.
Model-APV
De Vereniging Nederlandse Gemeente(VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten)) heeft een model-APV opgesteld die gemeenten kunnen gebruiken om hun eigen APV in te richten. De relevante artikelen voor het aspect geluid staan in "Hoofdstuk 4 Bescherming van het milieu en het natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de gemeente (docx, 65 kB)".
Er zijn verschillende wettelijke grondslagen voor de bepalingen in de APV. De meest belangrijke is artikel 147 Gemeentewet. Maar ook de Drank, - en Horecawet en het Activiteitenbesluit bieden grondslagen voor het stellen van regels in een gemeentelijke verordening.
U vindt hier informatie over
Activiteitenbesluit
In de APV kunnen zich bepalingen bevinden die gelden voor inrichtingen die onder het Activiteitenbesluit vallen. Het Activiteitenbesluit biedt voor de volgende activiteiten en gebieden de mogelijkheid voor regels in de gemeentelijke verordening:
- Festiviteiten (art. 2.21)
- Traditioneel schieten (art. 2.18 lid 5)
- Onversterkte muziek (art. 2.18 lid 5)
- Gebieden met horeca / detailhandel- en ambachtsbedrijven (art. 2.19a)
- Gebieden met agrarische inrichtingen (art. 2.17 lid 7 t/m 9)
Meer informatie vindt u onder "Activiteitenbesluit: Gemeentelijke verordening".
Vangnetbepaling: voorkomen of beperken van geluidhinder
Iedere APV kent een vangnetbepaling om geluidhinder te voorkomen of beperken. Artikel 4.6 (Overige geluidhinder), van de model-APV luidt:
- Het is verboden buiten een inrichting op een zodanige wijze toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten dat voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt.
- Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.
- Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Wet geluidhinder, de Zondagswet, de Wet openbare manifestaties, het Vuurwerkbesluit, het Activiteitenbesluit milieubeheer, het Bouwbesluit 2012 of de [citeertitel provinciale milieuverordening].
Een dergelijk artikel in de APV heeft twee functies. Het heeft een directe handhavingstitel voor incidentele of onvoorziene situaties die geluidshinder geven. Daarnaast is een basis voor de geluidparagraaf van verschillende lokale vergunningen / ontheffingen.
Evenementen
Gemeenten regelen evenementen allemaal op een eigen manier. Sommige gemeenten hebben een aparte evenementenverordening. De meesten hebben evenementen toch in de APV geregeld. Vaak gelden er algemene regels voor kleine evenementen en wordt bepaald in welke gevallen er een evenementenvergunning nodig is. De meeste gemeenten hebben een evenementenbeleid opgesteld waarin ook voor het aspect geluid beleidsregels zijn opgesteld.
Meer informatie vindt u onder 'Activiteiten: Evenementen'
Terrassen
Het gebruik van terrassen kan nogal eens zorgen voor geluidshinder. De meeste terrassen bevinden zich op straat, vaak voor de gevels van de horecabedrijven, maar in elk geval in de directe omgeving ervan. De straat is openbare ruimte; het is meestal niet toegestaan om daar zonder vergunning een deel van te gebruiken voor een terras. Dit is vrijwel altijd geregeld in de APV. De meeste gemeenten hebben daar de modelverordening voor gebruikt. Deze is soms aangepast met eigen bepalingen. Er zijn ook gemeenten waarin de APV weinig of niets regelt voor terrassen. Enkele grotere gemeenten hebben een aparte terrassenverordening.
Meer informatie over terrassen vindt u onder 'Activiteiten: Gezelligheid op het terras'
Bouwen en slopen
Een ontheffing op basis van de APV kan van toepassing zijn bij situaties waarvoor geen omgevingsvergunning bouwen nodig is. Het gaat om de volgende gevallen:
- Voortschrijdende werkzaamheden aan infrastructuur, zoals asfalteren, aanleg en onderhoud aan spoorwegen (m.u.v. kunstwerken).
- Situaties die zijn genoemd in de artikelen 2 en 3 van bijlage II Besluit omgevingsrecht.
De circulaire bouwlawaai 2010 kan worden toegepast als handvat bij het toetsen van alle soorten bouwlawaai.
Meer informatie vindt u onder 'Activiteiten: Bouwlawaai Regelgeving'
Bedrijven die geen inrichting zijn
Niet alle bedrijven vallen onder de milieuregels, zoals de meeste detailhandel bedrijven. Alleen bedrijven die onder het begrip 'inrichting' vallen moeten voldoen aan de geluidsregels van het Activiteitenbesluit of hebben een omgevingsvergunning milieu (ze voor meer informatie 'Het begrip inrichting'). Over het algemeen veroorzaken bedrijven die niet onder de milieuregelgeving vallen geen geluidshinder. In een enkel geval kan bijvoorbeeld een airco of een muziekinstallatie toch geluidhinder veroorzaken. In die gevallen kan op basis van de APV de gemeente handelend optreden.