Wat kan een gemeente doen als zij vermoedt dat niet aan een geluidsproductieplafond wordt voldaan?
Vraag
Wat kan een gemeente doen als zij vermoedt dat niet aan een geluidsproductieplafond wordt voldaan?
Antwoord
Als blijkt dat de beheerder geen aanstalten maakt om maatregelen te treffen, dan kan de gemeente bij de beheerder om opheldering vragen. Als de beheerder geen bevredigend antwoord geeft, kan de gemeente zich wenden tot de inspectie Leefomgeving en Transport als toezichthoudende en handhavende instantie.
De beheerder van rijksinfrastructuur is wettelijk verplicht om geluidproductieplafonds na te leven (artikel 11.20 Wm). De systematiek van geluidsproductieplafonds bevat een werkwijze voor het proactief voorkomen van overschrijding van geluidsproductieplafonds. Onderdeel daarvan is het nalevingsverslag. De Minister ontvangt dit verslag jaarlijkse voor 1 oktober van de beheerder en publiceert het. De gemeente kan in dit verslag zien of hun vermoedens kloppen en zo ja wat de beheerder voornemens is te ondernemen om een (dreigende) overschrijding teniet te doen.
Een gemeente (en andere belanghebbenden) kan een verzoek doen tot bestuursrechtelijke handhaving bij de Minister (artikel 18.2j Wm): een last onder dwangsom, al dan niet preventief, of een last onder bestuursdwang. Als de Minister een dergelijk verzoek afwijst, kan deze afwijzing door de rechter worden getoetst, zodat handhaving niet zonder dragende motivering achterwege blijft.
Artikel 18.2j Wm is ingevoerd met artikel III van de Invoeringswet geluidsproductieplafonds (Staatsblad nr. 267). Meer informatie vindt u op bladzijde 55 tot 57 van de Memorie van toelichting 32 252 nr.3.
Als u vermoedt dat het geluidsproductieplafond niet klopt vanwege een omissie in geluidregister, ga dan naar 'Geluidproductieplafonds: correctie emissies'.