Luchtvoorschriften voor rotatie offset
De luchtvoorschriften van het Activiteitenbesluit voor de activiteit 'rotatieoffset druktechniek' gaan over diffuse emissies, VOS en geur.
Bronafzuiging
Bij het heatset drogen van de inkt kunnen diffuse emissies van dampen en gassen ontstaan.
Bronafzuiging is bij deze activiteit(en) verplicht, voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is. Het bedrijf moet de afgezogen emissies doelmatig afvoeren. Ruimteafzuiging is ook doelmatige bronafzuiging als de activiteiten in een afgesloten ruimte plaatsvinden.
Voorbeelden van situaties waarbij bronafzuiging niet altijd redelijk is:
- De werkstukken zijn zo groot dat de emissie niet, of zeer slecht, met bronafzuiging bereikbaar is.
- De activiteiten hebben een niet-plaatsgebonden karakter. Hierbij moet het bedrijf de (niet in de apparatuur geïntegreerde) bronafzuiging gemiddeld meer dan 10 keer per uur meeverplaatsen.
- Er is alleen emissie van grof stof, dat zich niet binnen de inrichting verspreid.
- De activiteiten hebben een incidenteel en/of kleinschalig karakter.
- De uitvoering van de activiteiten vindt plaats in een gesloten systeem. Hierbij komen alleen kleine restemissies vrij.
Vluchtige organische stoffen (VOS)
Als een van de drempelwaarden voor oplosmiddeleninstallaties wordt overschreden, gelden voor VOS de voorschriften uit afdeling 2.11 en niet de VOS-voorschriften in hoofdstuk 3 of 4. Ongeveer 500 bedrijven in Nederland hebben te maken met deze afdeling.
Deze afdeling 2.11 is van toepassing als bij heatsetrotatieoffset het verbruik aan oplosmiddelen meer dan 15 ton per jaar is.
Geur: afvoerpijp
Het bedrijf heeft bij oprichting of wijziging van zijn activiteit een afvoerpijp van 2 meter bovendaks binnen een straal van 25 meter.
Dit voorschrift geldt ook als zich binnen een straal van 25 meter rond het bedrijf geen andere gebouwen bevinden. Of een geurgevoelig object zich in de nabijheid van het bedrijf bevindt is bij dit voorschrift niet relevant.
Deze eisen gelden niet als als het bedrijf zich bevindt op een gezoneerd industrieterrein of op een bedrijventerrein met minder dan één geurgevoelig object per hectare.
Maatwerk voor geur
De activiteit voldoet aan de vereiste afvoerhoogte of een doelmatige ontgeuringsinstallatie, maar er is toch sprake van onaanvaardbare geurhinder. Dan kan het bevoegd gezag via een maatwerkbesluit aanvullende eisen stellen. Deze eisen kunnen gaan over:
- de plaatsing van de afvoerpijp
- het voorkomen van diffuse emissies
- het beperken van incidentele geurpieken tot bepaalde tijdstippen
Maatregelen gericht op de aspecten hierboven zijn niet altijd voldoende om te komen tot een aanvaardbaar hinderniveau. In dat geval kan het bevoegd gezag aanvullend in een maatwerkbesluit een ontgeuringsinstallatie of een grotere afvoerhoogte verplicht stellen.
Bij besluitvorming hierover betrekt het bevoegd gezag de geuraspecten uit artikel 2.7a lid 3 van het Activiteitenbesluit. Meer informatie hierover staat in de handleiding geur.
Geur uitputtend geregeld
Voor het voorkomen of tot een aanvaardbaar niveau beperken van geurhinder moet de activiteit tenminste voldoen aan de voorschriften die staan in de Activiteitenregeling. Geur is voor deze activiteit uitputtend geregeld. Maatwerk voor geur op basis van artikel 2.7a of het zorgplichtartikel is niet mogelijk.