Behandeling van stedelijk afvalwater in een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI)
Leeswijzer
Deze pagina begint met een uitleg van de activiteit "Behandeling van stedelijk afvalwater in een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI)". Wat valt hier in het Activiteitenbesluit wel en niet onder?
De voorschriften van deze activiteit zijn van toepassing op inrichtingen type A, B en C.
In het linkermenu ziet u voor welke milieuthema's bij deze activiteit voorschriften gelden. Onderaan de pagina vindt u per milieuthema een link naar de uitleg over deze voorschriften.
Uitleg van de activiteit
Bij deze activiteit in het Activiteitenbesluit gaat het om communale RWZI's. Bedrijfsafvalwaterzuiveringen vallen niet onder deze activiteit. Dit is af te leiden uit de definitie van zuiveringtechnisch werk in de Waterwet.
Definitie zuiveringtechnisch werk (Waterwet)
Werk voor het zuiveren van stedelijk afvalwater, in exploitatie bij een waterschap of gemeente, dan wel een rechtspersoon die door het bestuur van een waterschap met de zuivering van stedelijk afvalwater is belast, met inbegrip van het bij dat werk behorende werk voor het transport van stedelijk afvalwater.
Van de communale RWZI's valt het hele zuiveringsproces in de waterlijn onder deze activiteit. Ook op de slibindikking en mechanische ontwatering van slib in de sliblijn is het Activiteitenbesluit van toepassing.
Verdere verwerking van slib, zoals slibvergisting, valt niet onder deze activiteit. Hiervoor moeten voorschriften in de omgevingsvergunning worden opgenomen.
Beschrijving proces
Bij een zuiveringtechnisch werk wordt een onderscheid gemaakt tussen:
- transportleidingen
- waterlijn
- sliblijn
Transportleidingen
Het stedelijk afvalwater wordt vanuit het gemeentelijk rioolstelsel aangevoerd via transportleidingen. Dat gebeurt onder vrij verval of met persleidingen.
Waterlijn
De waterlijn bestaat uit verschillende onderdelen. In het ontvangstdeel van het zuiveringtechnisch werk wordt het inkomende stedelijk afvalwater gemonitord. Hier worden ook de grove bestanddelen uit het stedelijk afvalwater verwijderd en door voorbezinking worden andere vaste bestanddelen afgescheiden.
Het afvalwater is nu gereed voor het biologische zuiveringsproces. De afgescheiden bestanddelen worden vergist en/of ingedikt of ontwaterd en vervolgens afgevoerd naar de eindverwerker.
Aan het afvalwater wordt (retour)slib toegevoegd waarna het in de selector of beluchtingstank wordt gebracht. Met inbreng van lucht worden de verontreinigingen biologisch afgebroken onder toename van de hoeveelheid slib.
Na de beluchtingstank wordt het behandelde afvalwater afgevoerd naar een bezinktank, waar het slib, secundair slib, wordt afgescheiden. Het gezuiverde water is nu ontdaan van slib en wordt, eventueel met nabehandeling als desinfectie of zandfiltratie, na monitoring geloosd op het oppervlaktewater.
Een deel van het slib, het retourslib, wordt teruggevoerd naar de selector of beluchtingstank en blijft daardoor onderdeel van de waterlijn.
De luchtinbreng is een van de belangrijkste geluidsbronnen bij een zuiveringtechnisch werk, vooral als dit met oppervlaktebeluchters gebeurt.
Sliblijn
In de sliblijn wordt het deel van het slib dat niet wordt teruggevoerd naar de selector of beluchtingstank, het surplusslib, verwerkt.
Het slib dat uit de nabezinktank komt bestaat voor ongeveer 97-99% uit water. In de meeste installaties wordt het slib eerst ingedikt tot een watergehalte van circa 95%, dus een drogestofgehalte van ongeveer 5%.
Daarna wordt het slib mechanisch ontwaterd met zeefbandpers, filterpers of centrifuge tot een droge stof gehalte van 20-25%. Het afvalwater dat hierbij vrijkomt, wordt teruggevoerd in het zuiveringsproces. In een aantal gevallen vindt in dit traject ook slibvergisting plaats.
Na deze processtappen is het slib geschikt voor verdere verwerking, meestal verbranding. Storten van zuiveringsslib vindt in Nederland niet plaats. De eindverwerking van slib vindt over het algemeen plaats in speciaal daarvoor bestemde inrichtingen en meestal niet bij zuiveringtechnische werken.
Omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM) en melding
Om te mogen starten met deze activiteit heeft een bedrijf toestemming nodig van het bevoegd gezag. Deze "toestemming vooraf" heet de Omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM). Zie voor meer informatie OBM overzicht RWZI en Geluid in 't kort-RWZI's.
De volgende inhoud wordt overgenomen uit fragment: lucht zuiveringtechnische werken geur aanpak (de fragmentlink zelf wordt niet getoond)