Gecombineerde opslag gevaarlijke stoffen en koopmansgoederen

Vraag

Geldt het Activiteitenbesluit bij de gecombineerde opslag van gevaarlijke stoffen en koopmansgoederen en/of aanverwante stoffen boven de 10 ton, waarbij de hoeveelheid gevaarlijke stoffen minder dan 10 ton is?

Antwoord

Ja, het Activiteitenbesluit geldt hier. De volgende 3 stappen geven hier een uitwerking van.

1) Er geldt geen vergunningplicht

Volgens het Besluit omgevingsrecht is er vergunningplicht als de hoeveelheid gevaarlijke stoffen in een opslagvoorziening meer is dan 10 ton. De koopmansgoederen/aanverwante stoffen tellen niet mee bij het bepalen van de vergunningplicht.

2) Het Activiteitenbesluit is ook van toepassing als gecombineerde opslag de 10 ton overschrijdt.

De PGS 15 versie 2016 maakt het mogelijk om in een opslagvoorziening ook koopmansgoederen en/of aanverwante stoffen op te slaan. Dit staat in voorschrift 3.1.4 van PGS 15. Dit voorschrift geldt als de hoeveelheid opgeslagen stoffen,  met de koopmansgoederen en/of aanverwante stoffen meegeteld, niet meer is dan 10 ton. De opslag valt dan onder het Activiteitenbesluit en de voorschriften van paragraaf 4.1.1 uit het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling zijn van toepassing.

vs 3.1.4

Er zijn ook situaties waarbij de hoeveelheid gevaarlijke stoffen onder de 10 ton blijft. Maar de totale hoeveelheid opgeslagen stoffen, met de koopmansgoederen en/of aanverwante stoffen meegeteld, komt wel boven de 10 ton uit. Welke regels gelden dan?

In de toelichting bij vs 3.1.4 van de PGS 15 is het volgende te lezen:Toelichting:
Aanverwante stoffen en koopmansgoederen die gezamenlijk met gevaarlijke stoffen en/of CMR stoffen worden opgeslagen, worden als gevaarlijke stoffen behandeld. Voorschriften voor o.a. productopvang, onverenigbare combinaties, e.d. zijn ook voor deze stoffen van toepassing.
Voorbeeld: een opslag met 8 ton gevaarlijke stoffen en 5 ton aan koopmansgoederen of aanverwante stoffen, valt niet onder de reikwijdte van dit hoofdstuk. Omdat de totale hoeveelheid opslag binnen een opslagvoorziening groter is dan 10 ton, behoort gebruik te worden gemaakt van de methodiek van hoofdstuk
4.

De toelichting bij voorschrift 3.1.4 maakt duidelijk dat als de hoeveelheid opgeslagen stoffen meer is dan 10 ton, de methodiek uit hoofdstuk 4 van toepassing is.

In de regel geldt hoofdstuk 4 van de PGS 15 voor vergunningplichtige opslagen. Opslag van meer dan 10 ton gevaarlijke stoffen valt niet onder de werkingssfeer van het Activiteitenbesluit. In dit geval is het Activiteitenbesluit wel van toepassing, omdat de totale hoeveelheid gevaarlijke stoffen per opslagvoorziening onder de 10 ton blijft. Volgens paragraaf 4.1.1 van de Activiteitenregeling en het daarin aangewezen voorschrift 3.1.4, is het niet toegestaan om inclusief koopmansgoederen en/of aanverwante stoffen meer dan 10 ton in een opslagvoorziening te hebben. Hoe kan deze situatie dan toch worden geformaliseerd en hoe kan gebruik gemaakt worden van hoofdstuk 4 van de PGS 15?

3) Via maatwerk kan gebruik gemaakt worden van hoofdstuk 4 van de PGS 15

De formulering in artikel 4.1 lid 1 van het Activiteitenbesluit is als volgt:

“De verpakking en de opslag van gevaarlijke stoffen en CMR-stoffen in verpakking voldoen ten behoeve van het voorkomen van risico’s voor de omgeving en ongewone voorvallen, dan wel voor zover dat niet mogelijk is het zoveel mogelijk beperken van de risico’s voor de omgeving en de kans dat ongewone voorvallen zich voordoen en de gevolgen hiervan, ten minste aan de bij ministeriële regeling te stellen eisen. “

De formulering “voldoet ten minste aan de bij ministeriële regeling te stellen eisen”, biedt ruimte voor maatwerk. Uit het oogpunt van het voorkomen van risico’s voor de omgeving en ongewone voorvallen kan een bedrijf een verzoek indienen om via maatwerk deze opslag mogelijk te maken. Hieraan zal het bevoegd gezag naar verwachting  de voorschriften uit hoofdstuk 4 van de PGS 15 verbinden.