Is het inwendig reinigen van tankwagens altijd vergunningplichtig?
Vraag
Is elke inrichting die tanks of tankwagens inwendig reinigt vergunningplichtig? En welke eisen gelden er vanuit het Activiteitenbesluit?
Antwoord
Nee. De vergunningplicht geldt alleen voor het reinigen van vaten, tankauto's en dergelijke van buiten de inrichting. En verder als in de tank(wagen) gevaarlijke stoffen zijn vervoerd. De regels in het Activiteitenbesluit gelden niet voor deze vergunningplichtige situaties.
Relevante Bor categorie
In bijlage I, categorie 25.2, van het Besluit omgevingsrecht wordt een aantal inrichtingen voor het reinigen van vaten en dergelijke aangewezen als vergunningplichtige activiteit (inrichting type C).
Categorie 25 luidt:
25.1. Inrichtingen voor het reinigen van drukhouders, insluitsystemen, ketels, vaten, mobiele tanks, tankauto's, tank- of bulkcontainers.
25.2. Als categorieën vergunningplichtige inrichtingen als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, van dit besluit, worden inrichtingen aangewezen voor het inwendig reinigen van:
a: van buiten de inrichting afkomstige gebruikte drukhouders, insluitsystemen, ketels of vaten
b: mobiele tanks, tankwagens, tankcontainers of bulkcontainers waarin gevaarlijke stoffen, preparaten of producten zijn vervoerd
c: mobiele tanks, tankwagens, tank- of bulkcontainers die niet in de inrichting zijn geladen of gelost.
Er zijn 3 situaties waarin sprake is van een vergunningplicht. Namelijk bij het inwendig reinigen van:
- vaten en dergelijke van derden, of
- als er gevaarlijke stoffen in vaten en dergelijke zijn vervoerd, of
- als vaten en dergelijke niet binnen de eigen inrichting zijn geladen of gelost
Over afval volgt hierna meer.
Tank(auto)reiniging door derden
Bedrijven die vaten of tankwagens van derden reinigen, zijn vaak gespecialiseerde, vergunningplichtige bedrijven. Zie voor meer informatie Industriele tankautoreiniging in het Handboek Water.
(Gevaarlijk) Afval en vergunningplicht
Het kan zijn dat de residuen in vaten of tanks afval zijn. Het bedrijf dat reinigt, is daarmee een afvalverwerker.
Vergunningplicht bij gevaarlijk afval
Het afvalwater van de reiniging van vaten of tanks waarin chemicaliën of chemische producten zijn vervoerd, kan gevaarlijk afval zijn. Om die reden is het reinigen ervan vergunningplichtig. Dit volgt direct uit categorie 25.2.
Niet altijd vergunningplichtig
De verwerking van afval leidt niet altijd tot vergunningplicht. Zie de uitzondering op de vergunningplicht in Besluit omgevingsrecht, Bijlage I categorie 28.3g: inrichtingen voor het reinigen van drukhouders, insluitsystemen, ketels, vaten, mobiele tanks, tankauto’s of tank- of bulkcontainers.
Binnen de eigen inrichting óf geladen óf gelost
Alleen als een tank of tankauto binnen de inrichting óf geladen óf gelost is, geldt er een uitzondering op de vergunningplicht voor het inwendig reinigen van vaten en dergelijke.
Met de óf geladen óf geloste producten zal binnen de inrichting worden gewerkt. Men mag daarom verwachten dat er binnen deze inrichtingen ook op andere plekken afvalwater ontstaat dat verontreinigd is met de vervoerde producten. Binnen de algemene regels is met dat type afvalwater rekening gehouden. Daarom is er geen reden tot vergunningplicht.
Regels in het Activiteitenbesluit
Het Activiteitenbesluit stelt in paragraaf 4.8.1 eisen aan het schoonmaken van allerlei insluitsystemen. De regels van hoofdstuk 4 gelden niet voor vergunningplichtige inrichtingen en hiermee niet voor gevaarlijk afval afkomstig van het schoonmaken.
Bovendien volgt uit de andere reden voor vergunningplicht, dat het in het Activiteitenbesluit alleen gaat om de reiniging van (wagen)tanks en vaten binnen de eigen inrichting.
Soms IPPC
Een bedrijf dat alleen tankwagens schoonspuit en het schoonmaakwater opslaat tot het wordt afgevoerd, valt niet onder een IPPC-categorie. Schoonspuiten is niet een van de onder IPPC categorie 5.1, 5.2, 5.4 en 5.6 vermelde behandelingen.
Eigen waterzuivering
Bij de grotere bedrijven kan het ook gaan om reiniging van het schoonmaakwater in een eigen waterzuivering. Op dat moment speelt ook de hoeveelheid afvalwater een rol bij het bepalen of er sprake is van een IPPC-installatie (meer dan 10 ton gevaarlijk afval per dag).
Als het afvalwater wordt afgevoerd naar een andere zuiveringsinstallatie, is de vraag of er sprake is van een IPPC-installatie pas daar aan de orde.
Inrichtingen met een IPPC-installatie zijn altijd vergunningplichtig.