De initiatiefnemer is een andere partij dan het bevoegd gezag

Hier vindt u informatie over de situatie dat de iniatiefnemer een andere partij is dan het bevoegd gezag. U vindt hier informatie over:

Extra verplichtingen

Elders in deze module ligt het accent op het vooraf afbakenen van reikwijdte en detailniveau in de situatie waarin een overheidsinstantie zowel initiatiefnemer als bevoegd gezag is. De uitgebreide m.e.r.-procedure is echter ook van toepassing bij bepaalde projecten waarbij de initiatiefnemer een ander is dan het bevoegd gezag. In zo'n situatie is er een extra verplichte stap aan het begin en aan het eind van het voortraject, dus voordat het opstellen van het MER van start gaat (zie webpagina Procedurehandleiding: Wat zijn de procedurele en inhoudelijke eisen van m.e.r.?):

  • melding van het project door de initiatiefnemer;
  • openbare kennisgeving door het bevoegd gezag;
  • mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen;
  • raadplegen adviseurs en bestuursorganen over reikwijdte en detailniveau van het te verrichten onderzoek;
  • advies van het bevoegd gezag aan de initiatiefnemer over reikwijdte en detailniveau van het te verrichten onderzoek (zie reikwijdte en detailniveau beperkte procedure).

Melding van het project: geef een beeld van het ‘waarom' en alternatieven

Zijn initiatiefnemer en bevoegd gezag niet dezelfde instantie, dan brengt de initiatiefnemer de procedure op gang met een zogenoemde melding. In de praktijk vindt daaraan voorafgaand overleg met het bevoegd gezag plaats. Het is raadzaam in dit overleg concreet af te spreken welke informatie de initiatiefnemer bij zijn melding moet voegen. Bij voorkeur is dit een notitie die bruikbaar is om bij de volgende stappen een zekere sturing te geven aan het afbakenen van reikwijdte en detailniveau. De initiatiefnemer zou bijvoorbeeld minimaal kunnen beschrijven welk doel met het project wordt nagestreefd en hoe hij zelf de speelruimte voor alternatieven voor zich ziet. Bedenk bij dat ook de initiatiefnemer er baat bij heeft wanneer de zienswijzen en de reacties van adviseurs en bestuursorganen bruikbare aanknopingspunten voor het te verrichten onderzoek opleveren.

In ieder geval is het van belang om reeds bij de melding na te gaan of een passende beoordeling benodigd is. Dit kan namelijk bepalend zijn of het project onder de beperkte of uitgebreide procedure valt.

Advies over reikwijdte en detailniveau door het bevoegd gezag

Het is aan het bevoegd gezag om het inwinnen van zienswijzen en het raadplegen van adviseurs en bestuursorganen in goede banen te leiden. Het is vervolgens eveneens de taak van het bevoegd gezag om aan het eind van het voortraject de balans op te maken in een advies over reikwijdte & detailniveau. In dit advies kan verwezen worden naar de binnengekomen reacties.

Als bij een project sprake is van een andere initiatiefnemer dan de gemeente, bijvoorbeeld bij de aanleg van een golfbaan, kunt u verzocht worden of ambtshalve bepalen een advies over reikwijdte en detailniveau te verstrekken. Dit advies moet binnen de gestelde termijnen van maximaal twaalf weken gegeven zijn. Deze termijn is voor besluitvorming door een gemeenteraad erg kort.

Het advies is dan ook dit al in de informele fase van het voortraject te regelen, bijvoorbeeld door dit reeds op de agenda van de raad of het College te brengen of door een delegatiebesluit te laten nemen.

Monitoring

Het bevoegd gezag moet aangeven of en zo ja welke effecten gemonitord moeten worden. Het gaat daarbij om de monitoring van de effecten van de activiteit, maar ook om de eventueel bij de activiteit getroffen kenmerken en maatregelen om effecten te verminderen of te voorkómen. De verantwoordelijkheid voor deze monitoring ligt bij de initiatiefnemer. Het bevoegd gezag stelt de informatie beschikbaar (bijvoorbeeld op basis van bestaande monitoringsprogramma’s) die zij voorhanden heeft om deze monitoring uit te kunnen voeren.

De bestaande evaluatie- en monitoringsverplichting voor alle m.e.r.-plichtige activiteiten  is hiermee verschoven) van het bevoegd gezag naar de initiatiefnemer. Het is niet verplicht álle activiteiten en álle milieueffecten te monitoren. Het bevoegd gezag bepaalt waar de focus qua monitoring ligt waardoor er gerichte milieu-informatie verzameld kan worden.