Ontheffing van de m.e.r.-plicht
Hier vindt u informatie over:
- Ontheffing door bevoegd gezag
- Ontheffing in uitzonderlijke gevallen
- Alleen voor besluiten, niet voor plannen
- Ontheffing door bevoegd gezag op verzoek initiatiefnemer
- Bezwaar en beroep
- Implementatie herziene mer richtlijn
Ontheffing door bevoegd gezag
In artikel 7.4 is voor activiteiten of deelactiviteiten die uitsluitend bestemd zijn voor defensiedoeleinden en voor activiteiten die uitsluitend bestemd zijn als respons op civiele noodsituaties de mogelijkheid tot ontheffing van de m.e.r.-plicht opgenomen. In Nederland is in de Coördinatiewet uitzonderingstoestanden vastgelegd wanneer sprake is van een dergelijke civiele noodsituatie. Daarom verwijst artikel 7.4 Wm in het wetsvoorstel naar deze wet.
Het bevoegd gezag kan in deze gevallen besluiten om de ontheffing wel of niet goed te keuren.
Ontheffing in uitzonderlijke gevallen
Het is, op basis van artikel 7.5, mogelijk om ‘in uitzonderlijke gevallen’ vrijstelling van de m.e.r.-plicht te verlenen wanneer het doorlopen van m.e.r. nadelige gevolgen voor het doel van het project zou hebben. Dit moet dan wel eerst in Europa worden gemeld. Dergelijke ontheffing mag niet voor projecten met mogelijk grensoverschrijdende milieugevolgen en er moet dan wel op een andere manier worden voldaan aan alle doelstellingen van de m.e.r.-richtlijn.
Alleen de Minister kan in deze gevallen besluiten om ontheffing te verlenen. Zie procedure hieronder. In of bij een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 7.5, eerste lid, van de wet verstrekt degene die de activiteit wil ondernemen in ieder geval:
- een beschrijving van de voorgenomen activiteit,
- een beschrijving van de omstandigheden waaronder de activiteit zal worden uitgevoerd,
- de redenen voor het verzoek, en
- een aanduiding van de mogelijke belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu.
Alleen voor besluiten, niet voor plannen
Ontheffing van de m.e.r.-plicht is alleen mogelijk voor besluiten die m.e.r.-plichtig zijn op grond van het Besluit m.e.r. of op grond van de provinciale milieuverordening (zie definitie van het besluit voor een toelichting). Ontheffing is niet mogelijk voor plannen die m.e.r.-plichtig zijn op grond van het Besluit m.e.r. of de provinciale milieuverordening (zie definitie van het plan voor een toelichting) of vanwege een verplichte passende beoordeling.
Bezwaar en beroep
Tegen een beslissing over een ontheffingsverzoek is alleen bezwaar- of beroep mogelijk als deze beslissing de belanghebbende, los van het voor te bereiden besluit, rechtstreeks in zijn belang treft. Verder staat er tegen een beslissing over een ontheffingsverzoek geen direct bezwaar en beroep open. Mocht u als belanghebbende, anders dan de initiatiefnemer, het niet eens zijn met de gevolgde procedure, dan kunt u bezwaar of beroep indienen bij het besluit in het kader waarvan het ontheffingsverzoek plaats vond.
Implementatie herziene m.e.r. richtlijn
Bij de Implementatie van de herziene m.e.r. richtlijn op 16 mei 2017 zijn ook wijzigingen in het ontheffingenstelsel doorgevoerd. Op de webpagina Implementatie van de herziene m.e.r. richtlijn vindt u informatie over het overgangsrecht en op de verschillen tussen de oude en nieuwe regelgeving.