Hoe verloopt de procedure van verlening van een omgevingsvergunning?
Vraag
Hoe verloopt de procedure van verlening van een omgevingsvergunning?
Antwoord
De Wabo kent twee typen voorbereidingsprocedures:
- De reguliere voorbereidingsprocedure
- De uitgebreide voorbereidingsprocedure
Zowel de reguliere als de uitgebreide voorbereidingsprocedure heeft als basis de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Wabo geeft vervolgens aanvullingen.
Welke procedure?
De hoofdregel is dat het verlenen, wijzigen of intrekken van een vergunning met de reguliere procedure gaat. Dit is alleen anders als artikel 3.10 van de Wabo zegt dat de uitgebreide procedure van toepassing is. Vaak bevat één aanvraag een verzoek tot verlening van meerdere Wabo-toestemmingen. Wanneer voor één hiervan de uitgebreide procedure geldt, gaat de hele omgevingsvergunning met de uitgebreide procedure.
De reguliere voorbereidingsprocedure
Voor de reguliere procedure geldt hoofdstuk 4 van de Awb. De Wabo geeft hierop enkele aanvullingen. Zie voor een volledig overzicht van de procedure de poster (pdf, 559 kB) met toelichting (pdf, 489 kB) van het ministerie van Infrastructuur en Milieu.
De aanvullingen die de Wabo geeft op hoofdstuk 4 van de Awb zijn onder andere:
- het bevoegd gezag stuurt de aanvrager onverwijld een ontvangstbewijs (art. 3.1 lid 2 Wabo)
- het bevoegd gezag stuurt de aanvrager zo snel mogelijk een bericht over de procedure en rechtsmiddelen (art. 3.1 lid 3 Wabo)
- het bevoegd gezag geeft kennis van de aanvraag in een of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen of op een andere geschikte wijze (art. 3.8 Wabo)
- het bevoegd gezag beslist binnen acht weken (eventueel verlengd met zes weken) na de datum van ontvangst van de aanvraag (art. 3.9 lid 1 en 2 Wabo)
- het bevoegd gezag doet tegelijkertijd met of zo spoedig mogelijk na de bekendmaking van het besluit mededeling van de beschikking. Dit moet op dezelfde manier als de kennisgeving van de aanvraag (art. 3.9 lid 1, onder a, Wabo).
- bij overschrijding van de beslistermijn, is het besluit van rechtswege verleend ("lex silencio positivo"). In dat geval doet het bevoegd gezag zo spoedig mogelijk mededeling van de verlening van rechtswege. Dit gebeurt op dezelfde manier als de kennisgeving van de aanvraag (art. 3.9 lid 3 en 4 Wabo).
De uitgebreide voorbereidingsprocedure
Voor de uitgebreide procedure geldt afdeling 3.4 van de Awb. De Wabo geeft hierop enkele aanvullingen. Zie voor een volledig overzicht van de procedure de poster (pdf, 559 kB) met toelichting (pdf, 489 kB) van het ministerie van Infrastructuur en Milieu.
De aanvullingen die de Wabo geeft op afdeling 3.4 van de Awb zijn onder andere:
- Het bevoegd gezag stuurt de aanvrager onverwijld een ontvangstbewijs (art. 3.1 lid 2 Wabo).
- Het bevoegd gezag stuurt de aanvrager zo snel mogelijk een bericht over de procedure en rechtsmiddelen (art. 3.1 lid 3 Wabo).
- Wanneer een ander bestuursorgaan dan B&W bevoegd gezag is, ligt het ontwerpbesluit ook ter inzage in de gemeente waar het project in hoofdzaak zal worden uitgevoerd (art. 3.12 lid 3 Wabo).
- Het bevoegd gezag stuurt aanvraag, ontwerpbesluit en/of het definitieve besluit aan bepaalde personen of instanties. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het orgaan dat de verklaring van geen bedenkingen afgeeft, de Inspectie of een ander bestuursorgaan dan het aangewezen bevoegd gezag.
- Iedereen kan zienswijzen op het ontwerpbesluit indienen (art. 3.12 lid 5 Wabo). Overigens kunnen alleen belanghebbenden bezwaar maken en in beroep gaan.
- De beslistermijn van zes maanden begint te lopen op de dag ná de dag van ontvangst van de aanvraag (art. 3.12 lid 7 Wabo).
- Het bevoegd gezag mag de beslistermijn van zes maanden éénmaal verlengen, met ten hoogste zes weken (art. 3.12 lid 8 Wabo)
- Voor gevallen als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º, van de Wabo (het vroegere projectbesluit) geldt een speciale procedure:
- Het bevoegd gezag plaatst de kennisgeving van het ontwerpbesluit en de mededeling van het definitieve besluit in de Staatscourant.
- Het bevoegd gezag stuurt de kennisgeving van het ontwerpbesluit en de mededeling van het definitieve besluit aan de eigenaar van de grond en eventuele beperkt gerechtigden daarop. Dit voor zover nodig met het oog op de toepassing van artikel 85 van de Onteigeningswet (art. 3.12 lid 2 Wabo). NB: artikel 85 van de Onteigeningswet is inmiddels vervallen. Wat hiermee nog de betekenis is van artikel 3.12 lid 2 Wabo kunnen wij niet zeggen.
- Het bevoegd gezag doet de mededeling van het definitieve besluit ook langs elektronische weg en stelt het beschikbaar op de landelijke voorziening (art. 6.14 Bor).