Opslaan van vloeibare bijvoedermiddelen
Leeswijzer
Deze pagina geeft een uitleg van de activiteit "Opslaan van vloeibare bijvoedermiddelen". Wat valt hier in het Activiteitenbesluit wel en niet onder?
De voorschriften voor de activiteit opslaan van vloeibare bijvoedermiddelen staan in paragraaf 3.4.7 van het Activiteitenbesluit. De voorschriften zijn van toepassing op inrichtingen type B en C.
In het menu links ziet u voor welke milieuthema's bij deze activiteit voorschriften gelden. Onderaan de pagina vindt u per milieuthema een link naar de uitleg over deze voorschriften.
Uitleg van de activiteit
Veehouders gebruiken bijvoedermiddelen voor het maken van brijvoer. Hierbij mengen ze mengvoer met water en met bijproducten uit de levensmiddelenindustrie en landbouw. De opslag van de vloeibare bijvoermiddelen valt onder deze activiteit. Vloeibaar wil zeggen (artikel 1 van het Activiteitenbesluit). Dit gebeurt in tanks en silo's.
Vloeibare bijvoedermiddelen (bijproducten) zijn plantaardige restproducten uit de land- en tuinbouw en de voedselbereiding. Ze zijn vaak afkomstig van de zuivel-, tarwe-, aardappel-, maïs- of bietenproductie. Het gaat bijvoorbeeld om uiensap, maiskweekwater, aardappeldiksap, gistspoeling en gefermenteerde of aangezuurde producten. Maar ook producten uit de humane industrie, producten waarvan de houdbaarheidsdatum is overschreden of voorbewerkte bijvoedermiddelen van een leverancier.
Het toevoegen van voedselresten van restaurants, cateringfaciliteiten en keukens is niet toegestaan.
Niet deze paragraaf, maar een omgevingsvergunning milieu
De eisen gelden niet voor het opslaan van meer dan 1.000 m³ vloeibare bijproducten, die van buiten het bedrijf afkomstig zijn (artikel 3.53 Activiteitenbesluit). De eisen moeten dan in de omgevingsvergunning milieu staan (Bijlage I, onderdeel C, onderdeel 28.10, onder 30, van het Besluit omgevingsrecht).
Activiteiten die onder een andere paragraaf van het Activiteitenbesluit vallen
Er zijn vergelijkbare activiteiten die als activiteit onder een andere paragraaf van het Activiteitenbesluit vallen. Namelijk:
- Opslaan van vaste bijvoedermiddelen (dat valt onder de activiteit opslaan van agrarische bedrijfsstoffen)
- Bereiden van brijvoer
- Opslaan van bodembedreigende vloeibare bijvoedermiddelen (dat valt onder de activiteit opslaan van bodembedreigende, niet-gevaarlijke stoffen in bovengrondse tanks. Overigens zijn bijvoedermiddelen in de regel geen bodembedreigende stoffen (in de definitie van vloeibaar bijvoedermiddel is "inert" opgenomen).