200105797/1 Emmen
Onderwerp: Besluit akkerbouwbedrijven, hoofdzaakcriterium, werkingssfeer
Inleiding:
De inrichting is bestemd voor de akkerbouw, het houden van jongvee en veehandel. In geschil is de vraag of het Besluit akkerbouwbedrijven van toepassing is indien op het akkerbouw- of tuinbouwbedrijf tevens jongvee wordt gehouden.
Afdeling:
Het Besluit akkerbouwbedrijven bevat een uitsluitingsgrond bij meer dan 15 stuks melkrundvee. Het Besluit akkerbouwbedrijven beoogt niet het ongelimiteerd houden van jongvee tot 2 jaar mogelijk te maken, door alleen melkrundvee als uitsluitingsgrond te noemen. Uit de tekst van het Besluit akkerbouwbedrijven kan niet met zekerheid worden afgeleid of het Besluit van toepassing is als op het akkerbouw- of tuinbouwbedrijf jongvee wordt gehouden. Gezien de Nota van Toelichting beoogt het besluit te regelen dat die inrichtingen onder de werking van het Besluit vallen waar naast het akkerbouwbedrijf een veebestand van zeer beperkte omvang wordt gehouden en dat bedrijven met een meer dan geringe neventak niet-grondgebonden veehouderij buiten de AMvB moeten blijven. De inrichting, waarbinnen ongeveer 60 stuks jongvee worden gehouden, valt niet onder de werking van Besluit. Het beroep is gegrond.