Kan ik de bestemming van een woning wijzigen als die woning binnen de geurcontour van een veehouderij ligt? Hoe gaat deze omgekeerde werking?
Vraag
Is wijziging van de bestemming mogelijk, als een woning binnen een geurcontour ligt?
Antwoord
Ja, wijziging van de bestemming van een woning binnen de geurcontour is mogelijk. Bijvoorbeeld bedrijfswoning naar burgerwoning. Er gelden wel twee voorwaarden:
- Het herbestemmen van deze woning mag niet leiden tot extra beperkingen voor de omliggende veehouderijen én
- Er moet sprake zijn van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat
Dit blijkt uit jurisprudentie.
Jurisprudentie
In ABRvS, 200705084/1 van 4 maart 2009, bestemde de gemeente het perceel aan [locatie 5] voor 'Woondoeleinden'. In het vorige plan had het pand op dat perceel de bestemming agrarische bedrijfwoning. Dit geeft geen beperkingen voor een nabijgelegen veehouderij, omdat de normen van de Wgv gelijk zijn. Ook de afstand van 40 meter is geen reden om het woon- en leefklimaat onaanvaardbaar te achten.
De Afdeling zei: "2.12.3. Het college heeft in het bestreden besluit op zichzelf terecht de feitelijke situatie als uitgangspunt genomen. (...) Niet in geding is dat het pand aan locatie 5] dient te worden aangemerkt pand als geurgevoelig object dat op of na 19 maart 2000 heeft opgehouden deel uit te maken van een andere veehouderij. De voor een dergelijke woning ingevolge de Wgv geldende normen zijn gelijk aan de normen voor de aan te houden afstand tot geurgevoelige objecten die onderdeel uitmaken van een andere veehouderij.
Het college heeft zich dan ook terecht op het standpunt gesteld dat ten opzichte van de situatie waarin het pand aan [locatie 5] dienst doet als bedrijfswoning bij een veehouderij het toekennen van de bestemming "Woondoeleinden (W)" aan het perceel [locatie 5] geen verdere beperking voor de bedrijfsvoering van [appellanten sub 2] tot gevolg heeft. De afstand tussen de gronden waarop het bouwvlak van [appellanten sub 2] betrekking heeft en de voormalige bedrijfswoning aan [locatie 5] bedraagt ongeveer 40 meter.
Gelet hierop en gelet op de ligging van de woning in het buitengebied, geeft hetgeen [appellanten sub 2] hebben aangevoerd met betrekking tot het woon- en leefklimaat op het perceel [locatie 5] geen aanleiding voor het oordeel dat het college het woon- en leefklimaat ter plaatse niet aanvaardbaar heeft kunnen achten."
In ABRvS, 200706894/1 van 26 november 2008 herbestemde de gemeente twee percelen [locatie 29] en [locatie 30] bij een veehouderij als burgerwoningen. In het vorige plan hadden deze een agrarische bestemming. Appellant voerde aan dat hij hierdoor werd beperkt in de uitbreidingsmogelijkheden van zijn veehouderij. Het ging om woningen die ná 19 maart 2000 hadden opgehouden onderdeel uit te maken van de veehouderij. Daarvoor gelden dezelfde normen als voor geurgevoelige objecten die nog wel onderdeel uitmaken van een veehouderij. De wijziging naar bestemming burgerwoning beperkte de veehouder dus niet.
De Afdeling oordeelde: "2.30.2. Volgens het college zijn de woonbestemmingen voor de percelen [locatie 29] en [locatie 30] een gevolg van de feitelijke situatie ter plaatse. (...) 2.30.4.(...) Vaststaat dat de woningen op de percelen [locatie 29] en [locatie 30] zijn bestemd als "Burgerwoning" en onderdeel hebben uitgemaakt van een veehouderij waarvan de milieuvergunning is ingetrokken op 25 april 2005. (...)
Gelet hierop dienen de woningen aan de [locatie 29] en [locatie 30] te worden aangemerkt als geurgevoelige objecten die na 19 maart 2000 hebben opgehouden deel uit te maken van een andere veehouderij. De voor dergelijke woningen ingevolge de Wgv geldende normen zijn gelijk aan de normen voor de aan te houden afstand tot geurgevoelige objecten die onderdeel uitmaken van een andere veehouderij. Ten opzichte van de situatie waarin de woningen aan de [locatie 29] en [locatie 30] dienst doen als bedrijfswoning bij een veehouderij heeft het toekennen van de bestemming "Burgerwoning" aan de percelen [locatie 29] en [locatie 30] dan ook geen verdere beperking voor de bedrijfsvoering van [appellant sub 22] tot gevolg."
Meer uitspraken:
- ABRvS, 200708898/1 van 8 oktober 2008
- ABRvS, 200509410/1 van 26 juli 2006
- ABRvS, 200602151/1 van 21 februari 2007
- ABRvS, 200102731/1 van 30 oktober 2002
Wet plattelandswoningen
De gemeente kan bepalen dat afgesplitste bedrijfswoningen geen bescherming krijgen tegen de geur van de voormalige eigen stallen. Dit door de 'Wet plattelandswoningen".