Rekening houden met voorzorg
De kennis over mogelijke risico’s voor omwonenden van veehouderijen neemt toe, maar bevat ook nog veel onzekerheden en gaten. Bij onzekere risico’s kan het bevoegd gezag kan voorzorg toepassen:
- bij ruimtelijke besluiten
- soms bij milieubesluiten (alleen als er geen wettelijk toetsingskader is, en ook het type besluit/afweging speelt een rol)
Voorzorgsmaatregelen moeten goed onderbouwd worden.
Aanwijzingen gezondheidseffecten
Het VGO-onderzoek (Onderzoek veehouderij en gezondheid omwonenden) en eerder onderzoek laat zien dat gezondheidseffecten gerelateerd kunnen worden aan de aanwezigheid van veehouderijen. Het is nog onduidelijk in hoeverre er sprake is van oorzaak-gevolgrelaties.
Volgens de Gezondheidsraad geven diverse wetenschappelijk onderzoeken 'meer of minder sterke aanwijzingen' dat veehouderijen invloed hebben op de gezondheid van omwonenden. De gegevensbasis is nog te beperkt om te kunnen spreken van algemeen aanvaarde wetenschappelijke inzichten. Een overzicht van de belangrijkste gevonden verbanden tussen veehouderijen en de gezondheid van omwonenden staat in het verdiepingsonderdeel 'Gezondheidseffecten bij omwonenden van veehouderijen'.
De lokale uitstoot van fijnstof en mogelijk ook endotoxinen lijkt van belang bij de gevonden negatieve gezondheidseffecten. Op een groter schaalniveau speelt ook de uitstoot van ammoniak een rol. In de lucht vormt zich namelijk secundair fijnstof uit ammoniak.
Wat is de bijdrage van verschillende bronnen (soorten vee en emissies) aan de verschillende gezondheidseffecten? Die vraag is met de huidige kennis nog moeilijk te beantwoorden.
Wat is voorzorg?
Voorzorg houdt in het kader van een belangenafweging het volgende in. Het bevoegd gezag weegt af of de belangen (zoals gezondheid van omwonenden) en de (onzekere) risico’s die deze belangen kunnen schaden, zó zijn dat deze moeten leiden tot maatregelen. Er zijn dan geen algemeen aanvaarde wetenschappelijke inzichten nodig over de risico's.
De maatregelen zorgen ervoor dat bij het intreden van die risico’s de gevolgen beperkt worden. De aard, ernst en mate van zekerheid van de risico’s zijn bepalend voor de vraag of de risico’s zó zijn dat maatregelen nodig zijn. Daarnaast moet het bevoegd gezag de belangen meewegen van degene die de maatregelen moet treffen (evenredigheid).
Wanneer rekening houden met voorzorg?
Gemeenten en provincies kunnen rekening houden met voorzorg bij:
- de zorgvuldige voorbereiding van het besluit
- de deugdelijke motivering van het besluit en
- de evenredige belangenafweging die nodig is bij het besluit
De Algemene wet bestuursrecht (Awb) bepaalt in artikel 3:2 dat het bestuursorgaan bij de voorbereiding van een besluit de ‘nodige kennis verzamelt van de relevante feiten en de af te wegen belangen’. Deze bepaling is onderdeel van het zorgvuldigheidsbeginsel. Dit is een ‘algemeen beginsel van behoorlijk bestuur’. Het betekent dat het bestuursorgaan een besluit zorgvuldig moet voorbereiden en nemen.
Artikel 3:46 Awb geeft aan dat een besluit een deugdelijke motivering moet hebben. Heeft het bevoegd gezag een regionale of lokale beleidsvisie waarop het een besluit en de motivering kan baseren? Dan zorgt dat voor een sterkere onderbouwing van het gebruik van voorzorg.
In een mededeling uit 2000 staan de opvattingen van de Europese Commissie over de toepassing van het voorzorgbeginsel door besluitvormers binnen de EU. Bestuurders in Nederland kunnen deze mededeling gebruiken bij hun motivering van voorzorg. De mededeling geeft hiervoor handvatten.
Het onderdeel 'Juridische verdieping milieu' geeft uitgebreide informatie over voorzorg in regelgeving en (milieu)jurisprudentie.