Jurisprudentie luchtwassers
Hieronder vindt u uitspraken van de rechtbank en de Raad van State met luchtwassers als één van de onderwerpen.
Intrekken vergunning
ECLI:NL:RVS:2020:108 van 15-01-2020
In deze uitspraak hebben mensen in de omgeving van een varkenshouderij gevraagd om een omgevingsvergunning in te trekken. Dit omdat de geurreductie van combiwassers in de Regeling geurhinder en veehouderij (Rgv) van 85% naar 45% is gegaan (Stcrt. 2018, nr. 39679). De Afdeling oordeelt dat niet vast staat dat er sprake is van ontoelaatbaregevolgende voor het milieu. De nieuwe inzichten over geurreductiepercentages van combi luchtwassers zeggen niets over de geurreductie die bij deze varkenshouderij kan worden gehaald.
De provincie heeft de omgevingsvergunning voor de varkenshouderij daarom met een een goede reden niet ingetrokken.
De uitspraak gaat ook over de zelfstandige werking van het geurverwijderingsrendement. Hierover overweegt de Afdeling: "Het Activiteitenbesluit milieubeheer en de Activiteitenregeling milieubeheer regelen niet welk type luchtwasser moet worden gebruikt, maar bevatten rechtstreeks werkende regels ter waarborging van de goede werking van luchtwassystemen. De verleende omgevingsvergunning, noch het Activiteitenbesluit milieubeheer of de Activiteitenregeling milieubeheer bepaalt welk geurverwijderingsrendement het vergunde luchtwassysteem moet hebben."
Wijziging Rgv combiwassers
ECLI:NL:RBOBR:2020:423 van 29-01-2020
In deze uitspraak gaat het over de wijziging van de Regeling geurhinder en veehouderij (Rgv). Het gaat om de wijziging waarbij de geurreductie van combiwassers van 85% naar 45% is gegaan (Stcrt. 2018, nr. 39679).
De rechtbank is van oordeel dat de steekproef niet voldoende representatief is om een geurverwijderingsrendement vast te stellen. Maar de Minister mag er wel vanuit gaan dat de combiwassers niet het geurverwijderingsrendement halen waar de oude Rgv van uit ging. Omdat het technisch complex is, vindt de rechtbank het besluit van de Minister redelijk. Het besluit om de Rgv te wijzigen en uit voorzorg de geuremissiefactoren van combiwassers gelijk te stellen met die van enkelvoudige wassers. De rechtbank begrijpt dat de minister het voorzorgbeginsel zwaar laat wegen. De minister heeft op de zitting ook gezegd dat hij extra onderzoek heeft uitgezet. Dit kan reden geven tot een wijziging van de regeling.