Monovergisting van mest

De gevolgen voor het aspect geluid door plaatsing van een mestvergistingsinstallatie en biogasbenuttingsinstallatie op boerderijschaal bij een bestaande boerderij kunnen in principe zeer beperkt zijn. Bij de beoordeling van het aspect geluid is het van belang dat zowel de stationaire geluidsbronnen als de mobiele geluidsbronnen op het terrein van de inrichting worden meegenomen.

Stationaire geluidsbronnen

De mogelijke stationaire geluidsbronnen van de installaties zijn:

  • warmtekrachtinstallatie
  • biogasopwerkinstallatie (compressoren, pompen, koelmachines, ventilatoren)
  • mestpompen
  • motoren die het roerwerk van de mestvergister aandrijven

Door een slimme locatiekeuze op het terrein van de inrichting ten opzichte van geluidgevoelige bestemmingen kan het bedrijf de toename van de geluidsbelasting door de bovengenoemde stationaire geluidsbronnen beperken. Ook kan het inpandig opstellen van de installatie, isolatie van de geluidsbronnen en het kiezen voor een geluidsarme installatie de geluidhinder beperken.

Mobiele geluidsbronnen

De effecten van mobiele bronnen op de geluidbelasting (o.a. transportbewegingen) binnen de inrichting door het plaatsen van een installatie voor het drogen van mest zullen beperkt zijn. Daarnaast zullen er in de meeste gevallen geen extra voertuigbewegingen van of naar de veehouderij zijn ten opzichte van de bestaande situatie (zonder mestvergisting) er van uitgaande dat het bedrijf geen mest van derden verwerkt.

Een uitzondering hierop is bijvoorbeeld de situatie waarin het biogas in vloeibare vorm (Liquefied Biogas) wordt afgevoerd. Echter, ook dan is de toename van het aantal vrachtwagenbewegingen beperkt (max. twee per week).

Toetsingskader

Bij het vaststellen van het beschermingsniveau voor geluid kunt u aansluiten bij het toetsingskader voor geluid uit het Activiteitenbesluit of de Handreiking Industrielawaai en vergunningverlening (Ministerie VROM, 1998).

Door plaatsen van een installatie voor monovergisting van mest kan een veehouderij, die valt onder het Activiteitenbesluit vergunningplichtig worden (zie: Juridisch kader - Omgevingsvergunning of algemene regels?). Het plaatsen van de installatie verandert de aard van inrichting echter niet zodanig dat u niet meer aan kunt sluiten bij het toetsingskader voor geluid uit het Activiteitenbesluit.

Voor toetsing van geluidemissies door transportbewegingen van en naar de inrichting kan de 'schrikkelcirculaire' worden gevolgd. Deze circulaire geeft voor de vergunningverlening aanwijzingen voor de beoordeling van de indirecte hinder veroorzaakt door verkeersbewegingen van en naar de inrichting.