Acceptatie- en verwerkingsbeleid
Voor een covergistingsinstallatie is altijd een omgevingsvergunning milieu nodig. Onderdeel van de aanvraag is het acceptatie- en verwerkingsbeleid (A&V-beleid) en de administratieve organisatie en interne controle (AO/IC).
Aandachtspunten beoordeling
Aandachtspunten bij het beoordelen van de aanvraag zijn de volgende onderdelen van het A&V-beleid en het systeem voor OA/IC:
- Een overzicht van mogelijke verontreinigingen in de covergistingsmaterialen die de verwerking kunnen verstoren.
- De werkwijze op de controle op de aanwezigheid van deze verontreinigingen.
- Een risicoanalyse van de acceptatie en verwerking van de covergistingsmaterialen gericht op milieuhygiënische en informatie technische risico’s (is de informatie juist en volledig vastgelegd).
- Een beschrijving van meet- en registratiepunten voor de procesbeheersing en transparantie van het proces.
- De wijze van monitoring (monstername- en analyseprocedure).
Niet aangewezen bedrijven
Een doelmatig beheer van afvalstoffen is ook van belang voor vergunningplichtige bedrijven, die afvalstoffen verwerken van buiten de inrichting en niet vallen onder artikel 4.7 van de Regeling omgevingsrecht. Bedrijven die hier niet onder vallen zijn bedrijven die minder dan 1.000 m3 covergistingsmaterialen of mest als afvalstof opslaan en minder dan 15.000 ton per jaar of meer afvalstoffen (mest en covergistingsmaterialen) vergisten. Het gaat hierbij om mest en covergistingsmaterialen die afkomstig zijn van buiten de inrichting. Binnen deze inrichtingen moet ook een actuele beschrijving aanwezig zijn van de procedures van acceptatie en controle van de ontvangen afvalstoffen.
Inhoud procedures
Het bevoegd gezag kan eisen stellen aan de invulling van de procedures. Hiervoor kan aansluiting gezocht worden bij de procedures van acceptatie en controle in het Activiteitenbesluit en de in het LAP3 vastgelegde minimale onderdelen voor het A&V-beleid en de OA/IC.
De invulling van de procedures van acceptatie en controle is afhankelijk van de risico’s van de afvalstromen (covergistingsmaterialen), waarbij factoren een rol spelen zoals:
- Is de stroom makkelijk te identificeren (kun je zien wat het is – visueel controleerbare covergistingsmaterialen, of is monstername nodig)?
- Komt de stroom rechtstreeks van de plaats van productie, of zitten er andere partijen of bewerkingen tussen?
- Gaat het om covergistingsmaterialenvan een nieuw toeleverend bedrijf of gaat het om afvalstoffen van een bekend bedrijf (vervolgafgifte)?
- Gaat het om nieuwe covergistingsmaterialen van een bestaande klant?
- Gaat het om covergistingsmaterialen waarvan bekend is dat deze een wisselende samenstelling kunnen hebben?
Voorschriften omgevingsvergunning
Om effectief toezicht uit te kunnen oefenen is het van belang dat in de vergunning een voorschrift wordt opgenomen dat de vergunninghouder ook werkt volgens de ingediende procedures. Hierin wordt ook geregeld dat afwijkingen van vastgelegde procedures moeten worden voorgelegd aan het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag kan beoordelen of de veranderingen kunnen plaatsvinden of pas nadat de vergunning is gewijzigd.
Voorschrift: procedures acceptatie en controle
1. Binnen de inrichting is een actuele beschrijving aanwezig van de procedures van acceptatie en controle van de ontvangen covergistingsmaterialen.
2. In deze beschrijving is onderscheid gemaakt tussen covergistingsmaterialen waarvoor verschillende procedures gelden. De beschrijving bevat in ieder geval de volgende elementen:
a. het type ontdoener waarvan de covergistingsmaterialen worden aangenomen, voor zover dit gevolgen heeft voor de acceptatie en controle;
b. de eisen die de vergunninghouder stelt aan de manier waarop de covergistingsmaterialen worden aangeboden;
c. de manier waarop de covergistingsmaterialen worden gecontroleerd bij ontvangst, en
d. de manier waarop de covergistingsmaterialen die op een milieuhygiënisch relevante manier afwijken van wat gangbaar is voor de categorie, worden behandeld.
3. De vergunninghouder draagt er zorg voor dat:
a. de procedures van acceptatie en controle in acht worden genomen, en
b. de covergistingsmaterialen alleen worden ingenomen als die procedures worden nageleefd.
4. Veranderingen van de procedures voor acceptatie en controle legt de vergunninghouder schriftelijk aan het bevoegd gezag voor. Hierbij geeft de vergunninghouder het volgende aan:
a. de reden van de verandering;
b. de aard van de verandering;
c. de gevolgen van de verandering voor het A&V-beleid en de AO/IC;
d. de datum waarop de vergunninghouder de wijziging wil invoeren.
Voor meer informatie over het verlenen van de vergunning in relatie tot het A&V-beleid en de AO/IC zie het Beleidskader LAP3, hoofdstuk D.3.