ABRvS 200909506/1/T1/R1, 22 juni 2011 (Tussenuitspraak Sportpark Kleine Vink)
Essentie:
- De verkeersintensiteiten kunnen voor luchtkwaliteit anders zijn dan voor geluid, vanwege de verschillen in beoordelingssystematiek.
- Nu geen sprake is van (dreigende) grenswaardenoverschrijding, hoeft het bevoegd gezag niet nader te motiveren waarom vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening een naschoolse opvang op die plek aanvaardbaar is.
Toetsingskader: Wet milieubeheer (titel 5.2)
Betreft: Besluit van gemeente Zuidplas (raad) tot vaststelling van het bestemmingsplan 'Sportpark Kleine Vink 2009'
Relevante overwegingen:
2.7.4. De Afdeling overweegt dat in het luchtkwaliteitonderzoek dat ten grondslag ligt aan het plan staat wat de verkeersaantrekkende werking van het plan is. Voor zover [appellante sub 2] en anderen betogen dat de verkeersinput voor het onderzoek naar de luchtkwaliteit ten onrechte niet gelijk is aan de verkeersinput voor de akoestische onderzoeken, overweegt de Afdeling dat de reden voor dit verschil is gelegen in de beoordelingssystematiek. Voor de geluidbelasting is de drukste dag maatgevend en voor de luchtkwaliteit wordt uitgegaan van een jaargemiddelde per dag.
[...]
Nu uit het luchtkwaliteitonderzoek, met uitzondering van hetgeen in overweging 2.8.6 is vermeld, volgt dat binnen het plangebied de wettelijke grenswaarden niet worden overschreden en evenmin sprake is van een dreigende overschrijding van deze waarden, heeft de raad naar oordeel van de Afdeling geen aanleiding behoeven te zien om nader te motiveren waarom hij het vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening aanvaardbaar acht dat ter plaatse een naschoolse opvang voorzien is.