Stappenschema bepaling NIBM
Het Stappenschema NIBM beschrijft welke stappen het bevoegd gezag doorloopt om te toetsen aan 'niet in betekenende mate bijdragen'. Dit is de ‘c-grond’ van artikel 5.16, eerste lid, Wm. Elke stap heeft een eigen toelichting.
Soms ligt het meer voor de hand om gebruik te maken van de a-grond van artikel 5.16, eerste lid, Wm. Dit wil zeggen direct beoordelen of het aannemelijk is dat de grenswaarden worden nageleefd. Op de pagina 'Bepaling concentratietoename (stap 4)' staat een beschrijving van de toetsingsgronden van artikel 5.16, eerste lid, Wm.
Keuze: toetsing aan grenzen NIBM of direct beoordelen op overschrijden grenswaarden (toepassen a-grond van artikel 5.16, eerste lid, Wm)
In het stappenschema bepaling NIBM wordt impliciet aangenomen dat eerst aan de NIBM-grenzen (c-grond van artikel 5.16, eerste lid, Wm) wordt getoetst voordat vervolgens, in het geval van een IBM-situatie, naar de grenswaarden wordt gekeken. De wet laat ook de mogelijkheid om geen gebruik te maken van de NIBM-systematiek, maar bijvoorbeeld direct te toetsen of aannemelijk is dat een project niet leidt tot een overschrijding en dus op die grond doorgang kan vinden (a-grond van artikel 5.16, eerste lid, Wm).
Toepassing van de a-grond zal veelal gebruikt worden in situaties waar de achtergrondconcentraties laag zijn en het evident is dat de grenswaarden, als gevolg van het project, niet overschreden zullen worden. Een voldoende onderbouwing waarom de grenswaarden niet overschreden worden is dan uiteraard wel nodig. Daarbij moet ook het belang van een goede ruimtelijke ordening worden betrokken.
Voorbeeld
In de provincie Groningen zijn de achtergrondconcentraties laag, zelfs in de stad Groningen. Uit de Atlas voor de leefomgeving blijkt dat in het centrum van Groningen de achtergrondconcentraties PM10 en NO2 tussen de 20 en 25 µg/m3 liggen. Voor NO2 is de concentratie in het buitengebied zelfs lager dan 20 µg/m3. De kans dat één enkel project in het buitengebied zorgt voor een overschrijding van een van de grenswaarden is zeer klein. Voor veel plannen is kwalitatief te motiveren dat een grenswaarde-overschrijding niet aannemelijk is.
Stappenschema bepaling NIBM
(de begripsomschrijving van ‘project’ staat in de bijlage).
(*) Let wel op een zorgvuldige belangenafweging/goede ruimtelijke ordening en het Besluit gevoelige bestemmingen. Vanaf stap 2 kan anticumulatie een rol spelen wanneer meerdere projecten langs eenzelfde ontsluitingsweg worden ontwikkeld.
(**) De meest maatgevende situatie is het meest maatgevende punt (zie Aannemelijk maken en motiveren) in het meest maatgevende jaar.
Stappen
De volgende pagina's geven per stap een toelichting, aangevuld met voorbeelden uit de praktijk: