IBM-project (stap 5)

Deze handreiking richt zich op toetsen van een project aan de NIBM toetsgrond. Het bevoegd gezag beoordeelt daarbij of het effect van het project op de luchtkwaliteit NIBM is. Waar de toename groter is dan de NIBM-grens is het project ‘in betekenende mate’ (IBM). Deze paragraaf beschrijft onder welke voorwaarden een IBM project toch kan doorgaan. Er is een stappenschema voor ruimtelijke IBM projecten.

Voor IBM-projecten zijn mogelijk de andere gronden van artikel 5.16, eerste lid, Wm van toepassing. Dan worden de gevolgen voor de luchtkwaliteit beoordeeld op één van de overige (in dat artikellid aangegeven) toetsgronden. Bij die beoordeling toetst het bevoegd gezag in het hele gebied waarin de effecten van het project in betekenende mate zijn.

Maatregelen zijn vervolgens alleen nodig als de IBM toename plaatsvindt in een overschrijdingsgebied. Dat betekent in de praktijk dat IBM projecten altijd kunnen doorgaan als de IBM toename in een gebied niet tot een grenswaarde overschrijding leidt (a-grond van artikel 5.16 lid 1 Wm). Hieronder volgt een rekenvoorbeeld van een situatie waarin de toename IBM (> 3%) is, maar waar geen sprake is van een grenswaardeoverschrijding.

Voorbeeld
Bij een project langs een weg is geen overschrijding, maar de NO2 concentratie neemt wel IBM toe. De concentratie stijgt van 36,5 µg/m3 naar 38,2 µg/m3, een toename van 1,7 µg/m3 of 4,25%. Dit project is IBM. Omdat het project niet leidt tot een overschrijding van grenswaarden kan het project doorgaan met toepassing van de a-grond van artikel 5.16, eerste lid, Wm.

Het kan ook voorkomen dat een IBM project plaatselijk wél tot overschrijdingen leidt. De gevolgen van een project strekken zich immers uit over een groter gebied. Als de bijdrage van het project ter plaatse van die overschrijdingen kleiner of gelijk is dan de NIBM-grens, kan het project desgewenst op die grond doorgang vinden. Hierbij kan dus gebruik gemaakt worden van een combinatie van de a- en de c-grond van artikel 5.16, eerste lid, Wm.

Dit wordt duidelijk uit het volgende voorbeeld van een nieuwbouwproject. Daarbij is ter plaatse van het meest maatgevende punt op de directe ontsluitingsweg geen sprake van grenswaardeoverschrijding, maar wel van een IBM toename. In tegenstelling daarop leidt de ontsluiting een stuk verderop - waar nog steeds sprake is van extra verkeer vanwege de woonwijk - wél tot overschrijding (vanwege de snelweg). Maar daar is de bijdrage van het project aan die overschrijding slechts NIBM.

Voorbeeld IBM project en toetsing aan de grenswaarden
Voorbeeld IBM
In dit voorbeeld toetst het bevoegd gezag voor het nieuwbouwproject A als eerst of dit project NIBM is. Het meest maatgevende punt ligt bij weg A. Daar is de bijdrage van het project op de omgeving het grootst. De bijdrage van 1,3 µg/m3 op het maatgevende punt is groter dan de NIBM-grens. De bijdrage van het project bij weg A is dus IBM. Bij weg A worden geen grenswaarden overschreden. Bij weg B is er nog steeds een effect van het nieuwbouwproject, al blijft de toename onder de NIBM-grens. In de buurt van de snelweg worden de grenswaarden wél overschreden.
De bijdrage van het project op locatie B (0,8 µg/m3) leidt wel tot een vergroting van de grenswaardeoverschrijding, maar de bijdrage zelf is ‘niet in betekenende mate’. Daarom kan het nieuwbouwproject toch doorgang vinden. Bij de beoordeling van de gevolgen voor de luchtkwaliteit is gebruik van een combinatie van gronden uit titel 5.2 van de Wm mogelijk.

Stel dat in het hiervoor gegeven voorbeeld het nieuwbouwproject op locatie A wél een grenswaarde overschrijding veroorzaakt. In dat geval is er sprake van een IBM project dat leidt tot overschrijding van grenswaarden. Het project kan dan niet zonder meer doorgaan. Er zal een keuze gemaakt moeten worden:

  • Mogelijk kunnen onlosmakelijk met het project samenhangende maatregelen worden getroffen, die de overschrijding voorkomen of opheffen, of de bijdrage onder de NIBM grens brengen.
  • Mogelijk kan projectsaldering worden toegepast.
  • Mogelijk kan het project alsnog in het NSL worden opgenomen. Dit kan bijvoorbeeld door een project van gelijke of grotere omvang te vervangen. Wijzigingen in het NSL moeten worden gemeld.

In onderstaand schema zijn de stappen weergegeven.

Stappenschema voor ruimtelijke IBM projecten

Schema3.3.gifvrb_nieuw

De gronden waarop een project doorgang kan vinden ( zie bovenstaand schema )
Deze gronden kunnen ook in combinatie worden toegepast. Daarbij dient aannemelijk te worden gemaakt, dat aan de gekozen toetsingsgrond(en) wordt voldaan.

Artikel 5.16, eerste lid, Wm
Bestuursorganen maken bij de uitoefening van een in het tweede lid bedoelde bevoegdheid of toepassing van een daar bedoeld wettelijk voorschrift, welke uitoefening of toepassing gevolgen kan hebben voor de luchtkwaliteit, gebruik van een of meer van de volgende gronden en maken daarbij aannemelijk:
a) dat een uitoefening of toepassing, rekening houdend met de effecten op de luchtkwaliteit van onlosmakelijk met die uitoefening of toepassing samenhangende maatregelen ter verbetering van de luchtkwaliteit, niet leidt tot het overschrijden, of tot het op of na het tijdstip van ingang waarschijnlijk overschrijden, van een in bijlage 2 opgenomen grenswaarde;
b) dat, met inachtneming van het vijfde lid en de krachtens dat lid gestelde regels:
1°. de concentratie in de buitenlucht van de desbetreffende stof als gevolg van die uitoefening of toepassing per saldo verbetert of ten minste gelijk blijft, of
2°. bij een beperkte toename van de concentratie van de desbetreffende stof, door een met die uitoefening of toepassing samenhangende maatregel of een door die uitoefening of toepassing optredend effect, de luchtkwaliteit per saldo verbetert;
c) dat een uitoefening of toepassing, rekening houdend met de effecten op de luchtkwaliteit van onlosmakelijk met die uitoefening of toepassing samenhangende maatregelen ter verbetering van de luchtkwaliteit, niet in betekenende mate bijdraagt aan de concentratie in de buitenlucht van een stof waarvoor in bijlage 2 een grenswaarde is opgenomen;
d) dat een uitoefening dan wel toepassing is genoemd of beschreven in, dan wel betrekking heeft op, een ontwikkeling of voorgenomen besluit welke is genoemd of beschreven in, dan wel past binnen of in elk geval niet in strijd is met een op grond van artikel 5.12, eerste lid, of artikel 5.13, eerste lid, vastgesteld programma.