Overzicht: procedure bestemmingsplan met procedurele versnellingen Chw
Op deze pagina vindt u een kort overzicht van alle handelingen per procedurele fase voor een bestemmingsplan waarop de procedurele versnellingen van de Crisis- en herstelwet (Chw) van toepassing zijn. De meest linkse kolom geeft de procedurele fases in de juiste volgorde weer. In de middelste kolom staat de handeling per fase. In de meest rechtse kolom staan de belangrijke termijnen. Voor een meer gedetailleerd stapsgewijs overzicht kunt u de pagina stapsgewijs: procedure bestemmingsplan met procedurele versnellingen Chw gebruiken.
Op deze pagina
- Wanneer geldt deze informatie niet
- Bevoegd gezag bestemmingsplan
- Voorbereiding
- Ontwerp
- Vaststelling
- Beroep
Wanneer geldt deze informatie niet
De informatie op deze pagina geldt niet voor:
- een bestemmingsplan zonder extra procedures
- een bestemmingsplan waarbij men een milieueffectrapport (MER) moet opstellen
- een bestemmingsplan waarbij men een MER moet opstellen en waarvoor de procedurele versnellingen van de Chw gelden
Bevoegd gezag bestemmingsplan
Het college van burgemeester en wethouders bereidt het bestemmingsplan voor. De basis hiervoor ligt in artikel 160, lid 1, onder b, Gemeentewet. Zie in het verlengde hiervan artikel 1.2.1 Besluit ruimtelijke ordening. De gemeenteraad stelt het bestemmingsplan vast. Dit volgt uit artikel 3.1, lid 1 en artikel 3.8, lid 1, onder e, Wet ruimtelijke ordening.
Voorbereiding
Handeling |
Termijn |
|
---|---|---|
Kennisgeving |
Burgemeester en wethouders bereiden een bestemmingsplan voor en publiceren dit; ook elektronisch. |
Opmerkingen bij deze fase in de procedure:
- Het voorontwerpplan is niet in het schema opgenomen. Dat heeft geen wettelijke grondslag in de Wro.
- Het voorbereidingsbesluit is niet in het schema opgenomen. Dat is een aparte procedure, geregeld in artikel 3.7 Wro.
Ontwerp
Handeling |
Termijn |
|
---|---|---|
Vooroverleg |
Burgemeester en wethouders overleggen met relevante bestuursorganen en plaatsen het resultaat in de toelichting. | |
Inhoud en |
Burgemeester en wethouders wegen relevante feiten en belangen tegen elkaar af en stellen bestemmingen, regels en toelichting op. |
|
Kennisgeving |
Burgemeester en wethouders publiceren de kennisgeving ook in het gemeenteblad en elektronisch. Hierbij vermeldt men dat de Chw van toepassing is. Belangrijke partijen worden ingelicht. | |
Terinzagelegging |
Burgemeester en wethouders leggen het ontwerpbesluit en de belangrijke stukken (ook elektronisch) ter inzage. Bij toepassing van de Chw geldt artikel 7.32, lid 5, Wm niet als men via artikel 7.2 Wm een MER opstelt. | |
Zienswijzen |
Iedereen kan zienswijzen tegen het ontwerpbesluit indienen. | 6 weken |
Vaststelling
Handeling |
Termijn |
|
---|---|---|
Reactie op zienswijzen |
De beantwoording door burgemeester en wethouders van de zienswijzen dient als motivering van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan kan ook gewijzigd worden vastgesteld. | |
Beslistermijn besluit |
De gemeenteraad beslist binnen twaalf weken na de termijn van terinzagelegging van het ontwerpbesluit over de vaststelling van het bestemmingsplan. | Beslissen binnen 12 weken |
Kennisgeving |
Burgemeester en wethouders publiceren de kennisgeving van het vaststellingsbesluit ook in het gemeenteblad en elektronisch. Men vermeldt dat de Chw van toepassing is en welke gevolgen dit heeft. | |
Terinzagelegging |
Burgemeester en wethouders leggen het vaststellingsbesluit en belangrijke bijbehorende stukken (ook elektronisch) ter inzage. |
Opmerkingen bij deze fase in de procedure:
-
Het besluit tot het geven van een reactieve aanwijzing is niet in het schema opgenomen. De reactieve aanwijzing is mogelijk op basis van artikel 3.8, lid 6, artikel 4.2, lid 1, en artikel 4.4, lid 1, Wro.
Beroep in eerste en enige aanleg bij de Raad van State
Handeling |
Termijn |
|
---|---|---|
Inwerkingtreding |
Het vaststellingsbesluit treedt in werking op de dag na het aflopen van de beroepstermijn. | Na afloop beroepstermijn, tenzij verzoek om voorlopige voorziening tijdens beroepstermijn |
Beroep |
De termijn voor het indienen van een beroepschrift door belanghebbenden bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State bedraagt 6 weken vanaf de dag na terinzagelegging van het besluit. De Chw beperkt het beroepsrecht van overheden. Het beroepschrift is niet-ontvankelijk als het geen beroepsgronden bevat. | 6 weken |
Voorlopige |
Een belanghebbende die een beroepschrift indient kan ook een verzoek om voorlopige voorziening indienen waardoor het besluit nog niet in werking treedt. | Besluit treedt niet in werking als dit binnen beroepstermijn van 6 weken gebeurd |
Relevante stukken verweerschrift |
De gemeenteraad zendt de belangrijke stukken aan de bestuursrechter en dient een verweerschrift in. | |
Verschijning ter zitting |
De gemeenteraad kan door de bestuursrechter worden opgeroepen. | |
Uitspraak |
Op het beroep moet de rechter bij toepassing van de Chw binnen 6 maanden na binnenkomst van het beroepschrift beslissen. Binnen die periode vindt een zitting plaats. Na de zitting laat de uitspraak meestal hooguit nog 6 weken op zich wachten. | 6 maanden na binnenkomst beroepschrift. 6 weken na zitting |