ABRvS 200901660/1/M3, 12 januari 2011 (Amstelkwartier Binnendijks)

Essentie:

  • NSL: Het enkele feit dat de uitgangspunten van het NSL tijdens de looptijd mogelijk moeten worden bijgesteld, maakt het NSL niet in strijd met artikel 5.12 Wm. Hetzelfde geldt als de eerste uitkomsten van de monitoring van het NSL tegenvallen.
  • Houdbaarheid onderzoeksgegevens: Het bevoegd gezag had bij de voorbereiding van het goedkeuringsbesluit moeten nagaan of het luchtkwaliteitsrapport van 1 jaar oud nog actueel was, aangezien dat aangaf dat de concentratie NO2 dicht bij, en in één geval zelfs op de grenswaarde zou komen te liggen.

Toetsingskader: Wet milieubeheer (artikel 5.12)

Betreft: Goedkeuringsbesluit van provincie Noord-Holland (GS) over het bestemmingsplan ‘Amstelkwartier Binnendijks' van de gemeente Amsterdam

Relevante overwegingen:
2.11.2. [...] Nu de grootschalige concentratiegegevens 2008 en versie 7.0 van het CAR-II rekenmodel reeds beschikbaar waren vóór de vaststelling en de goedkeuring van het bestemmingsplan, is in het luchtkwaliteitrapport van januari 2008 van achterhaalde grootschalige concentratiegegevens en van een verouderde versie van het CAR-II rekenmodel uitgegaan. In aanmerking genomen dat volgens dit luchtkwaliteitrapport op een aantal wegtracés de jaargemiddelde concentratie stikstofdioxide dicht bij, en in een geval zelfs op, de daarvoor geldende grenswaarde komt te liggen, is de Afdeling van oordeel dat het college had dienen na te gaan of het luchtkwaliteitrapport van januari 2008 nog actueel was. Het college heeft dit niet onderkend. Het bestreden besluit is in zoverre genomen in strijd met de bij het voorbereiden van een besluit te betrachten zorgvuldigheid. Hetgeen overigens met betrekking tot het aspect luchtkwaliteit is aangevoerd kan buiten bespreking blijven.
2.11.5. Tegen het NSL staat geen beroep open, maar dit neemt niet weg dat, zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (uitspraak van 31 maart 2010 in zaak nr. 200900883/1/H1) exceptieve toetsing van het NSL aan artikel 5.12 van de Wet milieubeheer mogelijk is.
In het kader van deze exceptieve toetsing overweegt de Afdeling dat het NSL ingevolge artikel 5.12 gericht moet zijn op het bereiken van de in bijlage 2 van de Wet milieubeheer opgenomen grenswaarden. De Wet milieubeheer voorziet via de in artikel 5.14 geregelde jaarlijkse rapportages over de voortgang en uitvoering van het programma, en de in artikel 5.12, tiende lid, opgenomen bevoegdheid om het programma aan te passen indien deze rapportages daartoe aanleiding geven, in een systeem om ervoor te zorgen dat het programma gericht blijft op het bereiken van de grenswaarden.
Uit deze systematiek volgt naar het oordeel van de Afdeling dat het enkele feit dat de uitgangspunten die bij het opstellen van het programma zijn gebruikt - zoals verkeersprognoses of het voornemen om kilometerbeprijzing in te voeren - gedurende de looptijd van het programma mogelijkerwijs bijstelling behoeven, niet meebrengt dat het programma in strijd is met artikel 5.12. Hetzelfde geldt voor de omstandigheid dat de eerste uitkomsten van de monitoring van het NSL tegenvallen. De Afdeling ziet in de bezwaren van [appellant] in zoverre dan ook geen aanleiding voor het oordeel dat exceptieve toetsing van het NSL aan artikel 5.12 tot de conclusie leidt dat het NSL onrechtmatig is. Dit betekent dat gelet op artikel 5.16 bij de goedkeuring van het bestemmingsplan geen afzonderlijke toetsing aan de in bijlage 2 opgenomen grenswaarden hoeft plaats te vinden. Gelet op het derde lid, anders dan [appellant] betoogt, ook niet voor enig jaar na de periode waarop het NSL betrekking heeft.

Datum uitspraak:
12 januari 2011
Zaaknummer:
200901660/1/M3
Vindplaats:
www.raadvanstate.nl